Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Icelandic Keywords

There are no Icelandic Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Narrator Gender

There are no Narrator Gender that match this search

close
5 results
Dutch Keywords: herberg Place of Narration: Broek in Waterland
DE SOLDAAT EN DE KONING Er was eens een rijk heer die in het bos was verdwaald. Hij keek aldoor of hij ergens een lichtje zag, op zoek naar een huis waar hij kon overnachten. Op het laatst kwam een arme kerel hem achterop. "Waar ga jij naar toe?" zei de heer. "Wel, ik moet nè de stad, deer de keuning woont", antwoordde de man. "Nu, dan gaan we samen", zei...
In de buurt van Nieuwendam was in vroeger jaren een roover, dien ze maar niet te pakken konden krijgen. Maar op een goeden dag merkten ze dat hij in een herberg te Nieuwendam was en de burgemeester ging er met een stuk of wat dienders op af. Omdat ze bang waren dat hij gewapend was, durfden ze hem niet echter zoo maar te pakken en gingen dus één voor één...
Van een reiziger. Een reiziger logeerde in een herberg; dat dacht hij ten minste, maar het was een moordenaarshol. Terwijl hij door het huis liep, zag hij een vrouwtje aan het darmen schrapen. "Wat doe-jij daar?" vroeg hij. "Ik maak de darmen der vermoorde reizigers schoon. Strak[s] moet jij er ook an." Daar hoorde hij niet vroolijk van op, te meer toen...
Deer was ers een serzant. Die diende al jaren bij het leger, maar hij kwam nooit hooger. Hoe die zijn best ook dee, andere ginge hem altijd vooruit. Dat begon hem te verdriete en hij besloot dus om te dizzerteere. Maar toen ie een endje weg was, kreeg ie berouw. Andere raadde het hem sterk af, en dan bleef ie maar weer. Dat was zoo al ers een keer of wat...
In Ilpedam heb vroeger een meid ewoond: die was nergens bang voor. Ze diende in een herberg en dan plaagde ze her dikwijls, maar ze gaf er niet om. Nou wordt in zoo'n herberg natuurlijk van alles verhandeld, en zoo kwam op een goede avond het gesprek op die meid en dat ze zooveul courazie had. "Nou," zei er op lest ien, "ik wed dat ze vanavond om elf uur...
7