De Vlaamse gaai of meerkol (hier hanikouw genoemd) roept: 'Bergaèk! Bergaèk!'
(NBA, 588)
Boenderbinders
Met de toevoeging: met een onderdeur (ringbaard). Er wonen lieden die den kost moeten winnen met het binden van bezems en boenders en vele dezer dragen een ringbaard.
(Rijken, 151)
nl.verhalenbank.44878
2.20. De kaboutermannekens te Hoogeloon
Tusschen Hoogeloon en Vessem ligt een bergske, dat men tot heden toe nog Kaboutermannekensberg of den Kabouterberg noemt, omdat daarin een dwergenstam van dien naam gewoond heeft. Deze dwergen waren zeer talrijk, doch niet van zulken kwaden aard als vele hunner stamgenooten in andere landen. Evenals die te Bergeik...
nl.verhalenbank.50060
[35.30]
Hier in d'n molenakkers, daar waar in mijn jeugd alleen nog maar een molen stond met daar om alleen maar zo ver je kijken kon een zee van korenvelden, daar zie je nu een nieuwe wijk gebouwd. De molen staat er gelukkig nog en die staat zoals meester Panken ook al vermoedde, op een van die ouwe grafheuvels die daar vroeger in de eenzaamheid lagen....
nl.verhalenbank.49067
[28.15]
Als we daar bij die grafheuvels staan, dan zie je een heuvel en voor ' t eerste oog lijkt dat gewoon een hoop zand. Maar bij de opgraving in de jaren vijftig is dus gebleken dat het een opeenstapeling is van heideplaggen en daarop omheen zie je dan een cirkel van kleine paaltjes en bovenop nog een cirkel met wat grotere palen en die zijn...
nl.verhalenbank.49066
[9.43]
En vlakbij die grafheuvel daar ontdekte ik een zogenaamde kattendans. Wat is een kattendans? Hier zie je nou allemaal die bossen, maar vroeger was dit allemaal hei, he. En dan had je in die hei hier en daar groene plekken. Da noemde Panken ook, hier staat ut ook nog errugens in, eeh..., ik geloof dat hij een aantal kattendansen noemt hier.. ik heb...
nl.verhalenbank.49065
[55.07]
Ja, kabouters dat zijn dingen die we allemaal wel kennen als tuinkabouters. Maar of die echt bestaan, ja, sommigen beweren van wel en anderen van niet. Maar je kunt ze niet zien, he, maar toch zijn ze d'r wel degelijk, want als het woord bestaat, dan moeten d'r ok kabouters zijn anders kun je da woord natuurlijk ook niet eh.. ergens vandaan halen,...
nl.verhalenbank.49068
2.90. De katten met de bokaal
Op een laten avond keerde eens Jan Prinsen, een moedig man, die in een gehucht van Eersel woonde, van Bergeik door de Bergerheide naar zijne woonplaats terug. Op een gegeven oogenblik ontwaarde hij in die heide vier katten, die daar poot aan poot dansten en zongen. Duidelijk hoorde hij haar herhaaldelijk de woorden zingen:...
nl.verhalenbank.50150
2.78. Boomen buigen met den top ter aarde
Weinige menschen te Bergeik hebben misschien zooveel lijkstaties, spoken, hekserijen en al wat meer van dien aard zij gezien, dan Goris Hendriks. Dat moet niemand verwonderen, daar hij met eenen helm ter wereld gekomen was. Zulke menschen ontwaren immers soortgelijke dingen, die anderen niet zien, al worden zij...
nl.verhalenbank.50119
2.61. Spokerijen aan de Hondskling te Bergeik
Er zijn weinig plaatsen in deze landstreek bekend, die altijd wegens spoken en andere verschijningen zoo zeer gevreesd worden dan eene streek gronds, de Hondsklink of Hondskling genaamd, tusschen de Bergeiksche gehuchten het Loo en Hongarië. Omtrent eene eeuw geleden, gingen drie jongelingen, op den lagen...
nl.verhalenbank.50102
2.60. Een gedrocht zonder kop en pooten
Jan Hurkmans te Bergeik, die sinds eene reeks van jaren altijd gedienstig is om het vee van verschillende kwalen en ongemakken te genezen en die vooral om deze reden gedurig dag en nacht op weg is, verklaart altijd nooit zoo ontsteld te zijn geweest, dan toen hij op zekeren avond ten 9 uren, omstreeks het jaar 1840...
nl.verhalenbank.50101
2.55. Een dansende haas
Op eenen avond ging een man in 't Eind wonende, door den weg van de Broekstraat naar 't dorp te Bergeik. Eensklaps staat een haas tegenover hem in de straat, op zijne achterste pooten te dansen en te springen. De man joeg hem met zijnen stok weg; doch heeft dit nog tweemaal gedaan, want de haas herhaalde even dikwijls zijne grap....
nl.verhalenbank.50093
2.51. Eene sprekende kat te Bergeik
M. van Otten en P. Hoeks gingen op eenen laten avond den weg die het voorste met het middelste Loo verbindt, toen zij eene kat op de leuning van den vonder zagen zitten. Een der genoemde jongelingen sloeg ze met eenen stok, zoodat ze in 't stroomend water tuimelde, waarna zij opsprong en weder op de leuning kwam zitten....
nl.verhalenbank.50092
2.15. De rouw of de lijkstatie
Eens zag Amold van der Meyden te Bergeik, in zekeren nacht aan den schutsboom in 't Eikereind, eenige achtereengaande manspersonen, elk met een zwarten rouwmantel omhangen, door de straat gaan en den weg naar het kerkhof volgen.
Nu liep hij spoedig langs het pad, dat bij den schutsboom begint en bij de kerk uitkomt, om de...
nl.verhalenbank.50055
2.14 De katten van Bergeik
Bij den molen is eene zekere plaats, waar alle nachten eene vergadering van heksen, in de gedaante van katten, plaats heeft. Op den Heksenberg, eene hoogte onlangs door de eigenaars wat lager gemaakt en met mast bepoot - gelegen noordwaarts het Eind - kwamen ook vroeger zeer vele katten bij elkander.
nl.verhalenbank.50054
2.13. Hein Hurkmans en eene kat
Als deze man, in de vorige eeuw, zeer dikwijls van het Hof (Bergeik) naar den hoogen Berkt ging, zat gedurig op het pad, hetzij hij alleen of met gezelschap voorbijging, eene groote kat. Op zekeren laten avond dat zij weer o pdezelfde plaats zat, werd zij door een van Heins gezellen geslagen en liep oogenbhkkelijk weg; doch...
nl.verhalenbank.50053
2.10. De betooverde kinderen
Nog kort geleden hoorde ik een gehuwden man, te Bergeik woonachtig, verhalen, dat zijn eerstgeboren kind, nadat het door zeker wijfken was aanzien, zeer jong stierf, en eveneens zijn tweede kind. Toen hij zich met de geboorte van een derde kind mocht verheugen, kwam eenige weken daarna hetzelfde wijf en vroeg om het kind te...
nl.verhalenbank.50050
2.8. Het onverklaarbaar spook
Francis Daris, bijgenaamd de Trom, - omdat hij eenigen tijd op
de schut tamboer was - gewoond hebbende en overleden zijnde onder 't Eikereind, zag eens, toen hij het pad door een eikenbosch op te Kept te Bergeik volgde, een zoo verveerlijk spook, dat hij met alleen plotseling als machteloos en uitzinnig was, maar deze...
nl.verhalenbank.50048
2.4. De vrouw met de gloeiende oogen
Tusschen de Bergeiksche gehuchten het Loo en Hongarije ligt eene streek gronds, die den naam draagt van Hondsklink of Hondskling. Er zijn weinig plaatsen in Kempenland, waar voorheen. zooveel spokerijen en verschijningen plaatsvonden als juist op dien Hondskling. Ziehier het verhaal van een der vele vreemde dingen, die...
nl.verhalenbank.50044
DE ARCHEOLOGIE VAN HET VERTELLEN. VERHALEN UIT DE KEMPEN
2.1. Kaboutermannetjes
Nog in het midden der vorige eeuw kwamen de kaboutermennekes te Bergeijk in groote menigte voor. Ze gingen zeer vriendschappelijk met de bewoners van het dorp om en ontvingen van hen spijs en drank of leenden hunne gereedschappen om wederkeerig den braven dorpelingen met...
nl.verhalenbank.50041
2.83. De hardlooper te Eersel
Lenaard Vervest, op het gehucht Heestert te Eersel woonachtig en aldaar in 18** overleden, bezat het vermogen om verbazend spoedig en lang achtereen te kunnen gaan of loopen, waarom hij dan ook den naam van hardlooper droeg.
Omtrent 50 jaar geleden, ging hij eens, met het voornemen om ossen te koopen, naar de merkt te...
nl.verhalenbank.50124