Toen ik nag vraigezel was, ging een kameraad van me op Zunderdorp oit vraien. As ie sévens tois kwam in hai kwam op de Gouw, den liep een zwarte kat maar al tusse zen biene door. Al maar te streele. Dat begon hum op lest te vervele en hai nam een scharp mes mee. Deer mee gaf ie de kat een goeie jaap. Toe ie veertien dage later bai de maid kwam, had die...
nl.verhalenbank.9036
Ik heb zelf lang an de dubbele dardedagse koors esukkeld. Bij niks had ik baat. Nou diende ik destijs bij Kees de Waart. Joist was ik an een praam hooi te losse toe Saime ankwam.
"Leet je de koors ofneme," zeie ze teuge me.
Affijn, docht ik, leet ik het ers prebeere. Dus ik spreek hem an.
"Dag Saime," zeg ik, "mag ik je ders wat vrage?"
"Jawel," zeit ie,...
nl.verhalenbank.9035
Vannacht 2 november 1901 had ik weer een roeitocht met mijn Zuiderwouder. Ik wist hem geen nieuwe verhalen te ontlokken maar wel varianten op oude thema's. Ik zal hem maar weer zelf laten praten.
Ja, die Saimen Fokkes van Holysloot kon indertaid best beleze. Zoo was ik ers bai Dekker in de Bellemermeer, in deer had een koe zijn poot verrekt. Wat ze deene...
nl.verhalenbank.9034
Mijn Zuiderwouder had zelf het volgende beleefd. Hij was soldaat en bevond zich met meerdere soldaten op wacht. Men verdreef den ledigen tijd met kaartspelen.
Opeens zei één van de soldaten: "Wil ik klaverenboer eens om een flesch genever sturen?"
Men lachte, dacht aan een ui, maar toen hij volhield en bedong dat de man dan een dubbeltje moest bijpassen,...
nl.verhalenbank.8788
Een molenaar kon geen knechts houden, en wel hierom niet. 's Nachts om twaalf uur begon de molen uit zichzelf te malen en was het een oordeelsleven. Door ondervinding geleerd, besloot hij geen nieuwe knecht aan te nemen. Toch meldde zich op een goeden dag er één aan en bleef zoolang aandringen dat de molenaar besloot het nog maar eens te probeeren.
De...
nl.verhalenbank.8786
Heden 23 april 1901 op een mooie nacht naar Zuiderwoude geroeid wordende, wist ik aan mijn roeier, een echten rusticus, de volgende schoone verhalen te ontlokken.
Een jongen vrijde met een meisje. 's Avonds mocht hij, zooals de gewoonte is, bij haar blijven opzitten, doch zij had tot voorwaarde gesteld dat hij vóór twaalven weer heen moest gaan. Dit deed...
nl.verhalenbank.8785
Op den verjaardag mijner dochter vertelde een meisje, uit Zuiderwoude afkomstig, het volgende verhaal:
Er stond in Gelderland een molen en de molenaar daarvan kon geen knechts houden. Ze werden er allemaal bang. Zoo kwam er ook weer een nieuwe knecht. Toen hij 's nachts sliep, kwam er een kerel die hem een scheermes op zijn keel zette, in dier voege dat...
nl.verhalenbank.8768
Kaboutermannetjes. B.
Bij Heintje G. waren naast het vierkante vuurgat onder den schoorsteen twee kleinere gaten. Daardoor kwamen 's nachts de klaboutertjes. Heins vrouw wist dat, en zette 's avonds eten voor hen klaar; 's morgens was het verdwenen, zonder dat iemand hen had zien gaan of komen. Maar dat begon Hein te vervelen en een keer gooit hij...
nl.verhalenbank.35069
Men moet den duivel niet verzoeken. B.
Ze vertellen zooveel van spoken en kollen, en daar geef ik niet veel om. Maar waar ik een hekel aan heb, dat is aan verspreken.
Dat heeft Willem v. d. H. eens gedaan. Hij zat te pandoeren en het was al knapjes laat geworden. "Nog een rondje," zei de boer; en Willem liet zich overhalen. Hij bleef dus. Nou had hij...
nl.verhalenbank.35067
Van kollen kan de geest het lichaam verlaten. C.
Een jongen vrijde naar een meisje. 's Avonds mocht hij, zooals dat in Noord-Holland de gewoonte is, bij haar blijven opzitten, dat wil zeggen: nadat de andere huisgenooten te bed zijn gegaan nog wat met haar blijven vrijen. Hij moest echter beloven dat hij voor twaalven weer heen ging. Dat deed hij in den...
nl.verhalenbank.35050
Van menschen die de zwarte kunst verstonden. B.
De oude Heintje G. te Zuiderwoude kon ook van die rarigheid. Als er een koe in de sloot zat en ze konden hem er niet uit krijgen, dan riepen ze Hein, en: een, twee, drie! de koe was er uit.
Kees de W. heeft het gehad dat hij met varkens naar Purmerend moest en hij kon ze maar niet op den wagen krijgen. Hij...
nl.verhalenbank.35040
Van Klaverenboer. A.
lk zal je wat vertellen dat me gebeurd is toen ik onder dienst was.
Ik was ereis met andere soldaten op wacht. Voor tijdverdrijf zaten we kaart te spelen. Op eens zei een van de soldaten: "Wil ik klaverenboer eens om een flesch jenever sturen?" Wij lachten en dachten aan een grap; maar toen hij volhield en bedong dat de man dan een...
nl.verhalenbank.35032
Van begraven schatten. B.
Een molenaar kon geen knechts houden; en wonder was dat niet, want 's nachts om twaalf uur begon zijn molen uit zichzelf te malen en was het er een leven als een oordeel. Door ondervinding geleerd, besloot hij om het verder maar zonder knecht te stellen.
Maar op een goeden dag meldde er zich toch een aan, en na wat over en weer...
nl.verhalenbank.35029
DE KAT OP DE GOUW
Er was eens een matroos die ging vrijen bij zijn meisje in Zunderdorp. Als hij 's avonds terugkeerde en hij kwam op de Zunderdorper Gouw, dan liep daar altijd een zwarte kat al miauwend tussen zijn benen door alsof ze zich wou laten strelen. Dat begon hem op de duur te vervelen en hij besloot daar voorgoed een eind aan te makon. Hij stak...
nl.verhalenbank.13361
DE BETOVERDE MOLEN
Een molenaar kon geen knechts houden, omdat het spookte in de molen, vertelde men in Zuiderwoude. 's Nachts om twaalf uur begon de molen uit zichzelf te malen en dan was het een leven als een oordeel en de knecht kon geen oog dicht doen. Daarom besloot de molenaar geen nieuwe knecht meer aan te nemen. Toch meldde zich op een goede dag...
nl.verhalenbank.12819
DE VASTGEZETTE WAGEN
Mensen die de zwarte kunst verstaan en wagens willen laten stil staan, moeten eerst vragen of ze mee mogen rijden. Wordt dat geweigerd, dan prevelt de zwarte kunstenaar iets waardoor het paard kreupel wordt en stil moet staan. Mag hij meerijden, dan prevelt hij weer iets en het paard loopt weer net zo rad als vroeger.
Willem van der...
nl.verhalenbank.12811
KLAVERENBOER
Een man uit Broek in Waterland was onder dienst en moest de wacht betrekken. In het wachtlokaal zaten de soldaten en ze speelden kaart om de tijd te korten. Opeens zei een van hen: "Wil ik klaverenboer eens om een fles jenever sturen?" De anderen lachten en dachten dat het een grap was, maar toen hij volhield en zei dat de man een dubbeltje...
nl.verhalenbank.12784
HET KLABOUTERKEN
Bij Heintje Groen in Zuiderwoude was een vierkant gat onder de schoorsteen en naast dat gat waren twee kleine gaten. Dat waren blindvenstertjes, in de tegels gemetseld. Ze waren een paar decimeter hoog en ze werden gebruikt om er pijpen, tabak en boeken in te zetten. Uit een van die gaten kwam 's nachts altijd een klabouterken. De vrouw...
nl.verhalenbank.12780
Op Zuiderwoude staat een huis (waar nou Symen Knip in woont): dat noemde ze het steene huis. In dat huis deer was een kassie, en as het nou twaalf uren wier 's nachts, dan gong dat kassie van zelf open.
Op een goeje keer zee het dochtertje, zoo'n opgeschoten meidje: "O, deer heb je Lord de Kappestijfster weer."
Op iens kreeg ze een klap om er kop dat er...
nl.verhalenbank.9269
Eens heeft hij dezelfde N.N. met een boerenhoedje op in een stoof zien zitten: "Nou ja, niet precies zoo als ze was, maar het had er toch allemachtig veel van."
(C. Bakker: `Geesten- en heksengeloof in Noord-Holland boven het IJ', in: De Gids 1922, p.281)
nl.verhalenbank.9462