Spotsagen en Spotnamen c. De dorpen op de eilanden: Kapelle.
Slapers en Stoepschieters. De jongens die de school nog bezochten werden Klerken genaamd; de andere jongens Punten.
nl.verhalenbank.39247
Spotsagen en Spotnamen. a. Het gewest
De arme slokkers uit Duitschland, dat economisch afhankelijk was van Holland, werden verachtelijk "Moffen" en "Poepen" genoemd. Vooral uit Westfalen kwamen er heel wat in ons land, als boerenarbeider werken.
Langzamerhand werd de scheldnaam "Mof" door de Hollanders ook toegepast op de bewoners van de andere gewesten;...
nl.verhalenbank.39208
Spotsagen en Spotnamen b. De steden: Aardenburg.
Te Aardenburg was aan een der stadspoorten een zonnewijzer bevestigd, die vastgeroest was, en daarom altijd hetzelfde uur aanwees.
Dus noemde men die poort de "Leugemeete" en de poorters Leugenaars.
Men heet hen ook Slijkscheppers, Koekhappers en Kikkers.
Van dezen laatsten spotnaam bestaan twee...
nl.verhalenbank.39225
Spotsagen en Spotnamen c. De dorpen op de eilanden: Ierseke.
Ieder die in Ierseke afwijkt van 't gewone wordt met den naam van Buitendijker bestempeld.
Allicht zou men de oorsprong van dezen toenaam zoeken in het aan dijken zoo rijke Zuid-Beveland, maar dit is niet zoo.
Goswinus à Buitendyck toch was predikant te Schore en werd aldaar in 1702 bevestigd....
nl.verhalenbank.39246
Spotsagen en Spotnamen b. De steden: Zierikzee.
't Was tijdens den oorlog, dien wij tegen de Franschen voerden, dat de Zierikzeeënaars in zee een Duinkerker kaper meenden te zien. Snel werden twee schepen met dapperen bemand en kozen zee. 't Kaperschip scheen hen af te wachten, het kwam niet van zijn plaats. Dat zou een felle strijd worden. Nauw hebben ze...
nl.verhalenbank.39224
Spotsagen en Spotnamen b. De steden: Domburg.
De smalstad had nog geen naam, hoewel men reeds aan den kerkbouw was begonnen. Maar dit vlotte niet erg, want ze konden met geen mogelijkheid de lange balken door de kerkdeur krijgen.
Ze waren al op het punt om den ingang van de kerk te vergrooten, toen zij opkeken, en een musch zagen, die een strootje...
nl.verhalenbank.39220
It hûs, dêr't wy yn wennen froeger, stie yn 'e Smoarhoeke, flak by de Liuwe-poel. De minsken neamden dat hûs altyd it Spoekhûs.
nl.verhalenbank.21452
Achter Burgum wie in moard gebeurd. De moardner naeide út. "Burch him!" rôpen de lju. Sa krige dat plak de namme fan Burgum.
Hy roan nei in oar plak.
"Ha jim jim him hast?" rôpen se? "Samar", wie 't antwurd. Dat plak kom Sumar to hiten.
Doe kommen se wer op in plak.
"Hâld him!" woarde der roppen.
"Hokker?" fregen de lju fan dat plak.
"De earste mar",...
nl.verhalenbank.21757
Hier was wel iemand die noemden ze de weerwolf.
nl.verhalenbank.128088
Iemand die van de hak op de tak sprong: "Dat is 'n duvellichien".
nl.verhalenbank.43240
Sterke Hearke wie de sterke keardel dy't altyd neamd waerd. Mar ik ken der net in forhaeltsje fan.
nl.verhalenbank.38292
Evenals Dover in Engeland is deze plaats door de Denen zo genoemd.
(Sinn. 1929: 57)
nl.verhalenbank.45068
[Zevende zoon:] Moest Willem heten, naar de koning. Dat werd echt gedaan.
nl.verhalenbank.126532
Iemand die veel eet, die noemde ze een weerwolf.
nl.verhalenbank.70415
V: Bart die had een paar zonen en eh, dan moesten ze ergens naar toe en dan zegt e: ‘U mag uwe naam niet zeggen, he.’ Hij zegt: ‘Niet zeggen Bernd hoe dat ge hiet.’ Hij noemde het zelf al: ‘Niet zeggen Bernd, zei-t-ie, hoe dat ge hiet’. Hij noemde het zelf al. Op die manier. […] Hij zegt alles verkeerd.
nl.verhalenbank.46585
Strijbeek is, zegt men, zo genoemd, omdat het land van Strijen hier door een beek gescheiden werd van het land van Hoogstraten.
(Sinn. 1929: 56)
nl.verhalenbank.46005
I. De duivel
1.
Zijn U verhalen bekend over mensen, die de duivel gezien hebben of omgang met hem hebben gehad (met hem gedanst hebben, met hem kaart hebben gespeeld), of kent U andere verhalen, waarin de duivel een rol speelt?
Gelieve elk verhaal te noteren op een afzonderlijk blad papier en in elk verhaal duidelijk aan te duiden hoe de duivel...
nl.verhalenbank.14766
Hier in mijn buurt woont iemand, die noemde ze Peerke de Weerwolver.
nl.verhalenbank.125779
De Gravenberg
Er is alhier tusschen Roggel en Nunhem een berg gelegen, de Gravenberg genoemd; men hoort soms op die berg een ijselik gillen, menigeen die in de nacht daar voorbijging kreeg plotseling een klap aan een oor, zonder dat hij iets zag; dit overkwam hen vooral die wat leut van de kermis kwamen. Men verhaalt dat te Roggel een meisje was, dat aan...
nl.verhalenbank.35822
Der wie in man, dy moest in namme ha. Hy hie àl burd, mar gjin snor. Doe krige hy de namme Albert.
nl.verhalenbank.32946