3.137.
Lang geleden werd op het eenige vette plekje van Bakel n.l. in den tuin van den pastoor een mol gevangen. Niemand echter in heel Bakel had ooit zulk een dier gezien en het bericht zijner verschijning verwekte algemeene schrik en ontzetting. In allerijl werd de Gemeenteraad bijeengeroepen en aan de inmiddels saamgekomen leden het ondier vertoond....
nl.verhalenbank.50392
3.20.
Een jager te N. had gehoord van een buitengewoon grooten haas, die eIken nacht in de 'P ... velder' te zien was en onder de stroopers schotvrij heette; niemand kon hem raken. De jager besloot op een nacht de wacht te houden om te zien, wat er waarheid was van hetgeen hij als een sprookje beschouwde. Een uur vóór middernacht ter plaatse gekomen,...
nl.verhalenbank.50265
No. 330. De Iepersche bisschop Martinus Rythovius, omtrent het jaar 1512 te Riethoven geboren, is in 's lands geschiedenis bekend als de biechtvader, die de graven Egmond en Hoorne in hun laatste oogenblikken bijstond.
In zijn geboorteplaats wordt zijn nagedachtenis bijzonder gezegend. Geen dorpskind is er, dat zijn geboortehuis in het gehucht Walik niet...
nl.verhalenbank.48397
DE SCHAT BIJ DE GEULBRUG.
Aan Genhout, een bosch tusschen Meerssenhoven en Haarteistein op de grens der gemeenten Itteren en Bunde, lag vroeger een voetbruggetje over de Geul, dat ieder jaar door de overstrooming van de Maas werd weggespoeld.
Op zekeren nacht was er een strooper uit Bunde daar in den omtrek aan het jagen. Het was winter, de sneeuw lag nog...
nl.verhalenbank.42883
107
FOSTEDINA EN DE GOUDEN KAP.
In oude tijden, toen de landen met dichte bosschen bedekt waren, en beren en wolven een voortdurend gevaar voor de bewoners opleverden, waren er geen kerken in Friesland. Het volk aanbad vele goden; onder dezen was het de god der gerechtigheid, genaamd Fosete, die bovenal door het volk werd vereerd. De bladeren van zijn...
nl.verhalenbank.72449
Blauwe Gerrit
In een bos woonde een plaaggeest. Hij heette Blauwe Gerrit en men wist niet, waaruit hij bestond. De ene keer was hij lucht, de andere keer zou je zweren, dat hij van vlees en bloed was. Hij kon zich licht als een veertje op je neerlaten, maar hij kon ook met zo'n gewicht op je drukken, dat je je niet meer kon verroeren. Hij was overal en...
nl.verhalenbank.9506
De Mepsge van Faan.
De heer de Mepsge van Faan verborg in zijn jongelingstijd zijn wreeden aard. Toen hij nog als kind met kinderen speelde, leek het, of hij een weekelijke ziel bezat; al te makkelijk sprongen hem de tranen uit de oogen, en wanneer zijn vriendjes een onbarmhartig spel bedreven met kikvorsch, meikever, vlinder, of vogel, zag hij wel toe,...
nl.verhalenbank.42028
1200 ¶ Het xvi. capittel.
"Mijn vriendinnen, voer mijn slot ic u seggen moet een wonderlick
secreet, also vast naket den heiligen sondach, dat luttel
luyden weten. Ick segghe u dat die oyvaders, die hier comen
tsomers, ende des winters weder keeren in haer lant, dwelc is
1205 biden berghe van Synay, sijn in haer lant creaturen als wij...
nl.verhalenbank.29128
Greta van Limburg
Hertog Otsen van Limburg ging eens op jacht. Zijn dochter Greta vergezelde hem. Na het uitrijden van den stoet bemerkte de hertogin pas, dat het kind met haar vader mee was. Hierover bedroefde zij zich, want zij had een voorgevoel, dat het meisje een ongeluk bedreigde.
De hertog jaagde in het bosch. Opeens zag hij een mooi forsch hert,...
nl.verhalenbank.49524