14 datasets found
Dutch Keywords: roepen Place of Narration: Broek in Waterland
Een dronken man was in een sloot gevallen. Welke moeite hij ook deed, hij kon er niet uitkomen. Eindelijk riep hij: "God help mij." Toen was het, of hij werd losgelaten en kon hij op den kant springen.
De volgende verhalen zijn van een Broeker, doch geboortig uit Ermelo. Hij bracht eenmaal als jongen brood naar huis. Daar kwam de bakker niet aan den deur, maar haalden ze het zelf in groote zakken. Zijn eene zijde werd toen zoo warm, dat hij thuis komende riep: "Pak gauw aan, wat is het heet." Den volgenden dag stond zijn buurmans huis in brand, en wel...
Deer was ers een kerel onder dienst, zoo'n hooge, zoo'n veldmaarschalk zel ik maar zegge, en die was schatrijk. Nou, die had van zelfs wachtse voor z'n deur, zoodat niemand er uit of in kon, of ze moste eerst heurlui voorbij. Maar wat gebeurt? Op een goeje dag gaat ie slape, en daar weet een kerel, een dief, toch bij hem te komme. En wat doet ie? Hij...
Deer was ers een man, in die was handschoenmaker van zijn vak. Hij most van zelf wel beginne toe ie trouwde, dus hij zette zoo een handschoenezaakkie op. Nou had ie een oneerlijke knecht. Zijn zake gonge goed, in hij kreeg onderdehand een paar kindere. Maar hoe goed of zen zake gonge, hai gong toch achteroit. Hai zait dus teuge ze vrouw: "Ik wor bestole."...
Er was er es een dominee - maar het is al heel lang geleden, wat ik je vertel - en die had een knecht. Die knecht was erges aars vandaan ekommen en had zich zoomaar an epresenteerd. Nou, hij beviel goed, maar een ding was er wat vreemd, want hij wou nooit zijn naam zegge. Nou most de dominee voor een tijdje van huis, dat hij zeit: "Jan" (zoo was z'n...
Een verhaal van een gierige vrouw, die alle meiden honger liet lijden en tenslotte een meid huurde, die met haar overeenkwam veertien dagen te vasten. De meid zorgde evenwel dat zij eten kreeg. Na een week was de juffrouw doodzwak en riep: "'t Moet half." 't Welk door de meid aan de familie werd uitgelegd als dat zij de halve erfenis kreeg. (Tweemaal Broek)
Een pastoor had een meid. Deze had een vrijer die Vijf Vingers In Den Naars heette. Die vrijer had bij pastoor een zilveren lepel gestolen en was op de vlucht gegaan. Toen de preek zondags aan den gang was, riep pastoor: "Al wie Vijf Vingers In Den Naars krijgt, zal zalig worden." Algemeene consternatie en wanhopige pogingen om dit gedaan te krijgen....
In de Bellemeermolen (Belmermeermolen) woonde vroeger een moeder en dochter. Die dochter had verkeering en die vrijer kwam zondagsavonds bij er opzitten. Nou most ie altijd vóór twaalf uur de deur uit, en as ie dan op de weg liep, liep er een kat maar al langs zijn beenen te strijken. Op 't laatst kwam hem dat toch verdacht voor, dat hij besloot, al...
Volgens eene andere lezing uit Broek in Waterland wordt een meisje in een hemd met één mouw begraven. Ging men nu over het kerkhof dan hoorde men roepen: "Waar is me mouw? Waar is me mouw?" Het geroep wordt al luider en luider en eindelijk grijpt men een der toehoorders bij den arm en schreeuwt: "Daar zit me mouw!"
Ja, van den hond weet ik nog wat. Er was ers een kastelein, een gemeene kerel: die vermoordde ieder die er kwam slape en bestal ze dan natuurlijk. Nou was er een man, die kon ie niet te pakke krijgen, omdat ie zoo een gevaarlijke hond had. Nou had ie al dikwijls geprobeerd om de hond te koope, maar dat wou maar niet lukke. Eindelijk beurde het toch, maar...
Er leefde in den omtrek van Broek een jonge dominee. Toen hij een half jaar getrouwd was, verloor hij zijn vrouw. Hij deed toen de gelofte dat hij iederen avond in de kerk voor haar ziel zou bidden. Den eersten avond na de begrafenis gaf hij den koster order, alles in orde te maken alsof er preek was, en hem dan den sleutel te bezorgen van de kerk. Hij...
Van den man die dacht dat hij gestorven was. "Een boer is altijd dom," zeggen ze. Maar ik weet van een boer, die was dan allemachtig dom. Daarvan zal ik je ers wat vertellen. Die boer dan had natuurlijk een wijf; en de vrouw met de meid en den knecht hielden hem dikwijls genoeg voor den gek, maar dat merkte hij niet en hij had ook nooit gemerkt dat hij...
In vroeger tijd had je van die postrijders - die heb je nou zoo niet meer; nou gaat alles per spoor of tram. Maar goed dan, die postrijder, die ik bedoel, was een jongen van een jaar of achttien, negentien. Op een goeden dag moest ie een rijken veekooper nee stad brengen. Nou mosten ze door een groot bosch, en om kort te gaan: hij vermoorden hem. Nou...
Van het hemd met één mouw. Er waren eens twee arme vrouwtjes, moeder en dochter. Zij hadden bepaald dat wie het eerst stierf een doodshemd met twee mouwen aan zou krijgen en de ander een hemd met één mouw, want meer linnen hadden zij niet; zij konden dus geen twee hemden met twee mouwen maken. De moeder stierf het eerst, maar tegen de afspraak kreeg zij...