Organizasyonlar
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Icelandic Keywords

There are no Icelandic Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Show More Place of Narration
Narrator Gender

There are no Narrator Gender that match this search

close
110 datasets found
Dutch Keywords: eieren Organizasyonlar: Meertens Institute
Goede wil: We verstoppen met pasen allemaal 100 asielzoekers.
Zegt een ei tegen een ander ei: "Hoe is het met je zus?" "Goed, ze is advocaat geworden."
Een windbuyl van een onverdraegelijck humeur wierd yewers voor command na toegesonden, doch in een jaer weder op ontbooden. R. 'Dat is seker een korte vreugt geweest?' R. 'Dat doet dat hij 't daer soo dapper van eyeren heeft gemaeckt en gij weet immers wel dat al de gerechten, daer men veel eyeren in doet, kort vallen.'
Mijnheer Apero van der Houven, met ses van sijn mackers tot Duynkercken gekoomen zijnde, en even soo veel knechts. kreeg op de heerentaefel 6 eyeren voor haer seven persoonen en een carbonade. Als men van het weynige datter was wat hadde gepeuselt, riep hij: 'Hebben wij te weynig gegeten, laet ons eens te meer drincken, ça jongens etc.. Madame, waer zijn...
HET RIJK VAN DE ALVERMANNETJES. Op warme dagen vertoont zich boven de Afferdsche heide de ,,Houwvrouw". Hoewel zij zelf onzichtbaar is, ziet men haar trekken door de lucht en alles wat licht is opnemen in haar vaart naar den Hussenberg of de Eerd. Daar rust zij uit. Want daar is zij gekomen aan de woning bij van Aart met den grijzen baard, den koning van...
Een boer bezocht geregeld iedere verkooping. Als hij dan weg was, kwam de burgemeester zijn vrouwtje troosten. Op een avond gebeurde dat weer. Het was zeer slecht weer, doch onze boer, Gerritbaas, had zich niet laten weerhouden. Een soldaat was ook op pad. Hij besloot bij Gerritbaas te overnachten. Daar hij bij hem bekend was, gluurde hij eens naar binnen...
Feesten Over feesten wist mevrouw erg veel te vertellen. Ze houdt met haar heksenkring regelmatig bijeenkomsten waarbij ze teruggrijpen naar oude volksgebruiken en volksfeesten. Zo maken ze in het voorjaar strikken in de meiboom. Pasen: tijdens Pasen schrijft men teksten op eieren. Vaak gelukwensen. Daarna eet men ze gezamenlijk op in de hoop dat de...
't Grode ainnust Aan 't Moarvlait onder Steem ston 'n ôlle boerenploats. 'n Boer woonde doar veur joaren mit zien vraauw. Kinder haren ze nait, en kregen ze nait, hou aivege geern ze ook ain hebben wollen. Dat was nou ainegste verdrait in heur levent. As dat nog es zo wòrden mog.... Op 'n vrouge mörgen in 't mooiste van de zummer gong de boer 't veld in....
'Jij weet Neef Kaaiman', zei Anansi op een dag, 'dat ik eigenlijk al lang naar de stad moet, naar mijn eigen kindertjes. Ik moet nog zes rivieren oversteken. Weet jij hier in de buurt een boot te leen?' 'Tja,' aarzelde Kaaiman, 'als ik niet hier voor mijn eieren moest zorgen, dan kon ik je natuurlijk wegbrengen ...' 'Nee, nee nee, dat hoef je echt niet!'...
nl-verhalenbank-46256
Het verhaal van Banansie en Makuba en hun 12 kinderen Banansie is een zwarte spin in Suriname. Op een ochtend vroeg Banansie zijn vrouw: "Wat gaan wij vandaag eten?" Dit vroeg hij aan Makuba. "Ik weet het ook niet, want gistermorgen was het restje uit de pot." Banansie liep heen en weer met zijn handen op zijn hoofd. Toen kreeg hij een idee. Hij gaat naar...
Een boer had de gewoonte om geregeld iedere verkooping bij te wonen. Als hij dan weg was kwam even geregeld de burgemeester zijn vrouwtje troosten. Op een avond gebeurde dit weer: het was vreeselijk slecht weer, maar Gerrit-baas had zich daardoor niet laten weerhouden. Er was dien avond ook een soldaat op het pad, maar omdat het weer zoo slecht werd,...
Froeger gebeurde it wol gauris dat in earrebarre syn nêst hie boppe op in boereskuorre. Sa'n earrebarre bitelle hier foar it nêst. As de aeijen útbret wienen liet er in jonge fûgel del. Dat wie dan de hier, dy't er bitelle.
Maidemers aaierleggers Is ter mooier en rieker streek as de Maiden, doar de dikste boeren wonen, en de grootste ploatsen stoan? Nou zol Maiden ook 'n woapen hebben. Gain verscheurend baist, gain droak as in Slòchter, gain oarend as in Stad, ook gain laiwen òf tiegers, niks gain meroakels. 't Zol 'n hoan wezen. Nee, ook gain hoan; hounder leggen de aaier,...
Us Bram-om fortelde dat hy wie yn 'e oarlochstiid ris to Ljouwert west en doe hong dêr in deade hin by de Ortskommandant oan 'e doar mei in briefke der by. Dêr stie op: Liever te sterven voor het vaderland dan eieren te leggen voor de Ortskommandant.
Hoefolle ljipaeijen ik net foun ha, sei er. Twa weinfollen baelders en in weinfol of fjouwer tolhouten liz ik by de nêsten mei ljipaeijen en dan helje ik de aeijen elke dei op en ik mean om 'e nêsten hinne. En dan bar ik dêr aerdich hwat jild foar.
Oan 'e Lange loane yn in âld hûs by Albert Koning hâldden in keppel jonge bazen it avondmaal. Dan waerden der aeijen sean en Albert sloech op 'e seine en song: "Twisters, twisters, twist met mijn twisters, Hemelheer, ga haar bestrijden toch te keer."
'Moertje', sey Trijn, 'segt me wat dat Jan tusschen sen beenen heyt.' R. 'Wel, niemendal.' R. 'Jawel, je selt het me seggen of ick sel 'et selver gaen voelen.' R. 'Hey, tut, tut, malle meyt, het zijn maer een paer eyeren.' R. 'Dat docht me bij mijn ziel oock al, want gisteren brack er één en ick sag het wit tusschen sen beenen deurloopen.'
Nog een mooi visverhaal, verteld door Vader en waar gebeurd. De grote kerels gingen ook wel eens vissen met elkaar. Dan werd de motorboot van Leyenga gehuurd, een beste slok mee en daar ging het spul een dag vissen. Bij de trapkebrug werden dan later de sterkste verhalen verteld. Op een avond stonden ze weer te zwetsen, Hobbe Oliekont, Sikke Brouwer,...
Een boer die met sijn vrouw op de wagen sat, wiert van een stedeling gevraecht, hoeveel hij die henne loofde, waerop hij antwoorde: 'Die henne is niet te koop, maer wel 't eerste ey dat sij leggen sal.'
Tsjits wie siik en lei yn 'e keamer op it ledikant. Hja koe net wer better. Us heit kaem by har en gong by har sitten. Heit ynformearde by Tsjits hoe't it mei har wie. Of se wol iten mocht ensa. Tsjits sei, hja moest dat en dat ha en deis èk twa aeijen. Heit sei: "Krijst alle dagen wol twa aeijen?" "Né," sei se, "hwant as ik in aei krij wol Jan ek ien ha."
70