1,483 datasets found
Place of Narration: Haastrecht No name
Mense die mit de helm gebare binne, die hebbe een netjie op d'r hoofd. Vroeger zeje ze: dat neemt de dokter mee, die probeert d'r munt uit te slaan. Die een helm hebbe, bin kogelvrij.
nl.verhalenbank.72634
As d'r een verekrans in 't hoofdkusse zat, dan vertrouwde ze 't niet.
nl.verhalenbank.72632
Zwarte katte, daar konde ze mee tovere. Die zatte op de schoer van hekse.
nl.verhalenbank.72633
Dwaallichies, ja, daar hoorde je vroeger veel van. Die ginge op de punte van de wieke van de male zitte, dan kreeg ie rauw weer.
nl.verhalenbank.72631
As je een zwerende vinger had, dan ging ie naar 't paardepad. Dan mozzie kruiselings je hand of je voet over 't paardepad heen hale.
nl.verhalenbank.72668
De weerwolf die zat onder de bedstee, zeje ze vroeger altijd. Maar ik heb d'r nooit een gezien.
nl.verhalenbank.72669
De nachtmerrie, die had je hier niet allenig bij paarde. Bij mense ok. Dat was zo vreemde. Een soort stilstand in het bloed. Dan bleve ze stillegge, net of d'r iets op was. Wat ze wel deje d'r tege, de kouse kruiselings voor de bedstee hange. M'n vader die had krulle. Dan zeje ze wel is voor de gek tegen 'm: "Heb de nachtmerrie weer in je haar zete?"
nl.verhalenbank.72662
Een heks dat was een soort ouwe vrouw, dan mot je voorzichtig zijn. "Ze ken je betovere" . Ik had een tante, die was betoverd! "Dan mot jie naar een andere plaas gaan", zeje ze.
nl.verhalenbank.72663
Ik had een ome, die ging de Vlist uit, die zag wat. D'r zat iets langs de dijk. Dat heb die me druk zat verteld. 't Was geen mens, 't was geen dier, hij doch dat 't de duvel was. 't Zat langs de kant van de dijk.
nl.verhalenbank.72661
Bedelen om eten, dan ging een negenoog weg.
nl.verhalenbank.72675
Tegen wratten een levende kikker over de wrat laten lopen, dan de kikker ophangen aan een touwtje. Als de kikker vergaan is, is de wrat weg.
nl.verhalenbank.72674
Op een van die moles van de Hooge Boezem, daar zat vroeger een heks. Die kon de mense tegehouwe. As ze bijvoorbeeld niet wenste dat die of die voorbij zou gaan, dan had ze de macht om de mense tege te houwe.
nl.verhalenbank.72664
Van die lichies over 't land, dat wazze dwaallichies. Dan was d'r vast wel wat op til, oorlog of ramp.
nl.verhalenbank.72670
Dat heb ik moeders wel is hore zegge. De pastoor, die heb de macht om de wind te late draaie.
nl.verhalenbank.72671
Dat wier vroeger veel verteld, bij de Hooge Boezem daar zat een zwart paard, een soort spookpaard. As d'r een paard en wage voorbijkwam en dat zwarte paard dat was d'r geweest, dan struikelde het daar.
nl.verhalenbank.72665
Hondenvet tegen t.b.
nl.verhalenbank.72673
Je mos nooit op 't paardepad lope! Dan werrie op zij gezet!
nl.verhalenbank.72667
As d'r een wit paard voorbijging, dan kreeg ie volk.
nl.verhalenbank.72666
Die met de helm is gebore, die heb een vooruitziende geest. De helm mot begrave worde.
nl.verhalenbank.72672
Vroeger had je een postwage, die liep van Gouda naar Schoonhove, door de Vlist heen. Hier in Haastrecht stopte die altijd, op de Hoogstraat, daar bij 't raadhuis, zak maar zegge. Nou had je vroeger in de Vlist zeve moles. En op een van die moles zat een toverheks. Die kon tovere. Ze liet de postwage stilstaan. En 't mooiste was, dan mos die kerel van d'r...
nl.verhalenbank.72629