Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Show More Place of Narration
Narrator Gender
close
18 datasets found
Dutch Keywords: noemen zeggen
To Britsum linen twa reuzen tsjin 'e toer oan. Doe knapte de toer. Dy wie net bistand tsjin sa'n swier gewicht. "Ik brits 'em", sei de iene reus. Doe krige dat plak de namme Britsum. Dy reuzen wienen dêr yn 'e buert oan 't graven. (Sy ha 't my op 'e klaei forteld)
nl.verhalenbank.26073
Heks doet voorwerpen verdwijnen Als we naar de winkel gingen en ons Nel Samang vroeg wat we meegebracht hadden, mochten we van ons moe niks zeggen, want als we iets noemden, vonden we het altijd terug in de winkel, ondanks het feit dat we het hadden meegenomen.
nl.verhalenbank.35782
Der wienen ris twa reuzen, dy wienen togearre oan 't feartgraven. Sy bigounen elk fan in kant en sa groeven se moai op elkoar yn. Mar doe't se omtrint oan elkoar ta wienen, kommen se ta de konklúzje, dat se net tsjin elkoar oer kommen. Doe moest it lêste eintsje wol krûm wurde. "Aah- krom!" sei de iene reus tsjin 'e oare. Dat hearden guon en doe neamden...
nl.verhalenbank.26070
In Onstwedde was een man, die begrafenissen zag. ’t Is eens gebeurd, dat er een stoet voor zijn huis langs trok en dat men tegen hem zei: ”Die en die is er ook achter.” Toen moet hij gezegd hebben: “Maar die komt ook nog, en hij heeft klompen aan.” En ja, even later had men deze man ook in de stoet gezien. Geloof je ’t niet? Denk maar niet, dat de mensen...
nl.verhalenbank.45515
In pear jonge liuwe wienen krekt troud. Hy sei 'mines'. Mar dat mocht er net mear sizze. Dû mast nou 'uzes' sizze, sei hja. De oare moarns wie de broek wei. "Us broek is fuort", sei er.
nl.verhalenbank.21802
Uit den mond van een Uitdammer heb ik het volgende verhaal opgeteekend: Aan de Zunderdorper Gouw dansten 's avonds zeven katten poot aan poot. Daar spookte het namelijk. Op een avond moest mijn overgrootvader, Symon B., naar Zunderdorp en kwam daar langs. Hij zag de katten in de rondte dansen en toen ze hem in 't oog kregen, zongen ze. "Gouwe, gouwe,...
nl.verhalenbank.9393
Ik wie noch net troud, wy wennen op 'e Boelensloane. It waeide dat it stoarme. It wie yn 'e neinacht. In suster fan my hie mei har man by ús west to praten. Myn faem wie ek by ús. Myn suster en 'e man wennen yn Surhústerfean, dêr moesten se dy nachts wer hinne. Ik en myn faem soenen har in ein bringe. It waeide dat it rikke, it stoarme bytiden, en soms...
nl.verhalenbank.37922
Der wie in forkeaping fan lân, dat hearde oan in sekere mynhear Folkertsma fan Grins. Wy biskreauwen dêr lân. Jehannes ek. En der wie ek noch in oare man, dy't dat die. Dat wie ien, dy koenen wy net. Doe't it twadde stik biskreaun waerd, sei Jehannes tsjin dy frjemdling: "Nou wit ik wol hokker bod jo dien ha." En hy neamde it bidrach, dat dy man op syn...
nl.verhalenbank.38431
Hoe't de nammen Eastemar en Sumar ûntstien binne. Der wie in jager, dy skeat in hazze. Der kom in man oan, dy frege him: "Wol 't hwat?" "Ja," sei de jager, "mar dit is de earste mar (Doe krige dat doarp de namme Eastemar). "Jonge," sei dy man, "hoe hienen jo dat?" "Och," sei de jager, "samar." Sa hat Sumar de namme krige.
nl.verhalenbank.26052
Op Zuiderwoude staat een huis (waar nou Symen Knip in woont): dat noemde ze het steene huis. In dat huis deer was een kassie, en as het nou twaalf uren wier 's nachts, dan gong dat kassie van zelf open. Op een goeje keer zee het dochtertje, zoo'n opgeschoten meidje: "O, deer heb je Lord de Kappestijfster weer." Op iens kreeg ze een klap om er kop dat er...
nl.verhalenbank.9269
Het kind van een bakker op Holysloot (familie van mijn Uitdammer) was ook bekold. Het was ziek, wier niet beter, het kussen werd open getarnd en dat zat vol rozen. Hij gooide het kussen in den oven. Een poos later kwam de buurvrouw, een zuur oud wijf en zei: "Buurman, ken je ook een gulden wisselen, want ik zit zoo vol brandblaren?" "Nee, smeerlap," zei...
nl.verhalenbank.9196
[C. Bakker:] "Heb je wel ers gehoord dat de kollen in een botermoud varen?" [Oude zegsman uit Uitdam:] "O ja, dat heb me eigen grootvader zelf gezien. Uwe moet weten dat me moeders vader op Terschelling woonde. Hij had zoo een mooien vogel en daarom noemde zij zijn huis het vogelenhuisje. Op een goeien nacht hoorde nie mooi zingen. Hij gong kijken, maar...
nl.verhalenbank.9182
V: Bart die had een paar zonen en eh, dan moesten ze ergens naar toe en dan zegt e: ‘U mag uwe naam niet zeggen, he.’ Hij zegt: ‘Niet zeggen Bernd hoe dat ge hiet.’ Hij noemde het zelf al: ‘Niet zeggen Bernd, zei-t-ie, hoe dat ge hiet’. Hij noemde het zelf al. Op die manier. […] Hij zegt alles verkeerd.
nl.verhalenbank.46585
(Zie Schaik) Wat van Velp wordt gezegd, wordt ook beweerd van Rosmalen, het land der zandboeren. Men bedenke dat beide dorpen in de wintermaanden veel last hebben van het overtollige Maaswater, - de beruchte Beersche Maas - en in den zomer daarentegen het dorre zand dikwijls naar vocht verlangt. Een Velpenaar kan er nog wel over heen, een zandhaas...
nl.verhalenbank.46042
Veghels kalf a. Als iemand b.v. op eene openbare verkooping zeven gulden biedt, zegt hij er grappig bij ''t kalf van Veghel'. Ik heb de aardigheid te Helmond en in de omliggende dorpen honderde malen gehoord doch niemand wist mij eene verklaring dezer uitdrukking te geven. (Sassen M71) b. De inwoners van Veghel worden door hunne buren de Kalveren...
nl.verhalenbank.46035
Lage en Hooge-Mierde, gelegen onder Hulsel Hooge- en Lage-Mierde vormen samen met Hulsel één gemeente, waarvan Hulsel het kleinste nestje is. Toch schijnt het oudtijds in een onderlinge vechtpartij getriomfeerd te hebben. (Id.) [L. van Miert] b. Dit gezegde wordt ook verklaard als volgt: Twee schaapherders uit Hooge-Mierde en Lage-Mierde kregen in de...
nl.verhalenbank.45646
Onder de plaatsen in Taxandria, waar St. Willebrordus het Evangelie zou verkondigd hebben, wordt door de historieschrijver ook Bakel in de Meierij genoemd. De toren der St. Willebrorduskerk aldaar is een sieraad in het landschap. St. Willebrord heeft bij zijn prediking veel sukses geoogst. Een doopput bleef als St. Willebrordusputje bekend. Bij zijn...
nl.verhalenbank.44875
De Kiekintjatstraat te Groningen. Toen in den jare zestienhonderd twee en zeventig Bernard van Galen, bisschop van Munster, het beleg sloeg voor de stad Groningen, hadden de Staten sloeg van Stad en Land er bijtijds voor gezorgd, om een bekwaam veldheer te kiezen en op een tractement van vierduizend rijksdaalders verdedigde Karel Rabenhaupt, baron de...
nl.verhalenbank.42027
35