2,830 datasets found
Dutch Keywords: vrouw Place of Narration: Antwerpen
¶ Het xvi. capittel. "Wanneer een vrou enich dinc draecht ter mert wart, heeft si den raet dat si tsmergens haren rechteren voet eerst scoeyt, so sal si wel vercopen." (Glose) Vrou Vroech Rijp seide dattet haer 710 dicwijl ghebuert was.
nl.verhalenbank.29067
¶ Het v. capittel. "Als een rave comt roepen opten scoersteen, oft opt huys daer die meestere of vrou sieck leit, dat es een teiken dat die siecke van dier siecten sterven sal." (Glose) Mechtelt Swevers 635 seide daer op: "Als daer op comen scateren die exteren, dats een teiken dat die sieke ghenesen sal."
nl.verhalenbank.29056
¶ Het xi. capittel. 490 "Die des saterdaechs laet te volspinnene tvlas dat opten spinroc is, den draet die smaendaechs daer afgesponnen is en sal nemmermeer goet zijn, noch bleiken." (Glose) Maroye de Blau seide: "Om dat die vrouwen in Duytslant tvlas op haren spinroc laten, so en is haer laken nemmermeer wit, ende dat blijct aen die...
nl.verhalenbank.29038
¶ Het ix. capittel. 1160 "Een wijf die de pocken heeft, so sal hair man nemen een vel van eenen swarten lam van dien jare, ende bindense daer warm in, ende si sal ghenesen."
nl.verhalenbank.29121
¶ Het vijfste capittel. "Een vrouwe dye sieck is, sal nemen wiwatere dat des sondaechs ghemaect is, ende maken daer af een supen, ende supen dat, ende si sal genesen."
nl.verhalenbank.29117
¶ Het xvij. capittel. "Als een vrou bi haren man leit, ende liever een sone hadde dan een dochter, so salse haer hant gesloten houden also lange als 1080 die man daer over onledich is, ende het sal eyntelic een soen wesen." (Glose) Sommighe oude matronen houden dat die eenen sone maken wilt, des mergens metten dage moet hien maken, mer een...
nl.verhalenbank.29111
985 ¶ Het derde capittel. "Wil een wijf, dat een man sijn een kint liever heeft dan dander, soe doe hem eten beide deynden vanden oren van sinen honde deen helft, ende dander helft den kinde, si sullen malcanderen so lief hebben, dat si deen vanden anderen niet en sullen 990 connen gedueren."
nl.verhalenbank.29097
¶ Het ij. capittel. 980 "Wil een wijf besorgen, datse haer man niet en smite, soe moet si nemen alle sijn hemden, ende leggense onder den outaer als die prochiaen die passie leest opten goeden vridach, ende doen hem dye cleeden tsonnendaechs, also lange als hi die gecleet heeft, so sal hi sinen wive goetelick wesen ende niet smiten."
nl.verhalenbank.29096
800 ¶ Het vij. capittele. "Een man bekennende twijf van sinen gebuere, of anders iemende, die sluyt hem selven die porte van hemelrijck voer thoeft, ende hoe stijf hi clopt, so en maecher nochtans niet in." (Glose) Margot Clappeye seide, datse hem nemmermeer geopent en soude 805 werden, dan biden genen die hi verongeliket hadde.
nl.verhalenbank.29079
¶ Het vi. capittel. "Ist dat een waerlic priester, oft een ander, bekent een gehude 795 vrouwe, nemmermeer en wordt hem die sonde vergeven, ten si sake dattet hem haer man vergeve." (Glose) "Dat gelove ic wel," sprac daer een oude quene: "Want ons lieve Heere en vergheeft eens anders recht niet, mer hi verghevet wel behoudelic partijen...
nl.verhalenbank.29078
730 ¶ Het xx. capittel. "Als een man bereet is te paerde te scriden, soe en sal hi sijn swaert niet nemen van sijns wijfs hant, noch geen ander harnas, want had hijs te doen, het soud hem hinderen." (Glose) Engel Groenader seide, dattet haren man eens gebuerde, want op eenen 735 nacht daer hy reed, sach hi wat quaets, ende hi en konde...
nl.verhalenbank.29071
¶ Het xij. capittel. "Ic segghe u, mijn ghebueren, alsmen wit laken leit in een bedde, 680 soe rust den enghel daer op, tottertijt toe datmer op vijst of anders doet." (Glose) Maroye Vuylgat seyde daer op: "Also saen als dye ynghel van daer sceydt, so comter die duvel in, die dicwil groote tempeest maect tusscen man ende wijf."
nl.verhalenbank.29063
¶ Het vi. capittel. "Als die wint is noert zuden, so souden dye wise vrouwen afsniden een eyndeken van haren jongen calver rechter oore, ende 640 werpen dat tegen den wint, op dattet calf wassen ende dijen mocht." (Glose) Maroie die Verbrande seyde: "Ick meen voerwaer: die Sinte Bertelmeeusen geloefde sijn rechter oere dattet oec dien...
nl.verhalenbank.29057
¶ Het xix. capittel. 325 "Alsmen een kint doopt, ist een knechtken ende het .ij. peteren heeft, so en salt niet meer wijfs hebben dan een. Ende ist een meysken ende het .ij. peten heeft, so sal si niet meer mans hebben dan eenen." (Glose) "Voerwaer," seide Ampulinne Stuckette: "Ick mach wel vermaledien dye ure datter Willeken, mijn 330...
nl.verhalenbank.29020
¶ Het vi. capittel. 215 "Die wil weten den naem van sine toecomende man, sal voer zijn dore spannen den eersten draet die si vanden dage spinnen sal, ende alsulken naem als hebben sal die ierste man die daer voerbi liden sal, so sal haer man oec hebben." (Glose) Met dien woerde so hief haer op een vanden geselscape, ghehieten Geffrine 220...
nl.verhalenbank.29007
¶ Het v. capittel. ¶ "Mijn vriendinnen, ic seg u voerwaer, dat geene verdriet oft wee des ghelijc en is als dat een man tsins elders draecht, datmen thuys wel gehoeven soude, bisonder dat goet dat van sinen 210 wive comt." (Glosa) "Voerwaer," seyde daer een oude, ghehieten Florette die Swarte: "Die ghene die sijn houwelic breket in...
nl.verhalenbank.29006
¶ Het iiij. capittel. 200 "Een man die iet doet sonder sine wive dat te kennen te geven, ic seg u also waer als devangeli, dat hi inder consciencien arger is dan een dief diet wel soude derven segghen." (Glose) De oude matronen hebben dat inder waerheit vercregen, dat de kinderen van alsulken huwelike in dese werlt nemmermeer rijc 205...
nl.verhalenbank.29005
¶ Het derde capittel. "Een man die sijn wijf slaet, waerom dattet oeck is, en sal nemmermeer bede hebben an ons lieve Vrouwe, ja, sijn wijf en vergevet hem." (Glose) Maroye Ployaerde seide op dat capittel dat 195 die gene die zijn wijf slaet, doet also grote sonde als of hi hemselven bederven woude: "Want na dat ic onse prochiaen heb horen seggen, so...
nl.verhalenbank.29004
¶ Het tweede capittel. ¶ "Daer en is niet sekerder der selver pinen, dan die man die 185 altijt contrarie valt sijnen wive in dat gene, datsi raet of doen wilt ende wat si seit. In dien hy daer tegens seit, so is hy valsch, ongetrou ende meynhedich." (Glose) "Voerwaer," seide Gomberde vander Graft: "Van die daer tegens daden, heb ic ghesien veel...
nl.verhalenbank.29003
Lange Wapper Zemme dor e koppel joare geleje ont Stien e gespieert stantbelt van ne lange moagere zwik mè twië zatlappeneirgeplavaait. Dië lange sjamfoeëter ieët Lange Wapper. Das nenieële schoeëne noam ver ne woatergieëst. Oa, ge wet ni wanatadis, ne woatergiest? Wel, da's e spoeëk in mengseklieëre da zen aaigen onzichtboar kan moake en daddin of oant...
nl.verhalenbank.19282