Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Show More Place of Narration
Narrator Gender

There are no Narrator Gender that match this search

close
26 datasets found
Dutch Keywords: angst Place of Narration: Zutphen
Op de inundatie, voorgevallen anno 1682 Als men schreef sestien hondert tachentig twee, Soo wasser in Zeelandt groot jammer en wee, Op Paulus bekeeringe, en maandag daeraan Sach men Zeelandt op veele plaetsen besouten staen. Daar verdroncken veel menschen en beesten en honden. Wilt u bekeeren en aflaeten van sonden. Weest aendagtig en hoort verder myn...
nl.verhalenbank.47010
De IJmuider schipper Er gebeuren soms wonderlijke dingen met de zeelieden. De zee is tusschen hen en hun familie. De golven bruisen en de winden huilen maar de band die er is tusschen de zeeman en zijn familie kunnen ze niet verbreken. Hij is niet te zien, die band en ook niet te vatten maar hij is er niettemin. Zeker bestaat hij. Wanneer hij er niet was...
nl.verhalenbank.47799
De smid van Hekelingen Op Flakkee hadden de paarden het zwaar te verantwoorden. Er kwam geen nacht voorbij of de dieren werden afgereden. Zoodra de boer afgevoerd had, zoodra het gezin zich teruste begeven had, begon het spektakel in de stal. De paarden sloegen en hinnikten, steigerden en trappelden zoodat het heele huis er van daverde. 's Morgens waren...
nl.verhalenbank.47114
Ossaert In het land van Hulst waart hij rond, de verschrikkelijke Ossaert. Niemand heeft hem ooit gezien en niemand zal hem ooit zien maar hij spookt er niettemin. Op donkere avonden hokt hij achter een damhek of in een droge sloot en beidt zijn tijd. Hij wacht en wacht en loert met loensche oogen de weg af. Wee de man die langs hem moet. Wee de man die...
nl.verhalenbank.46706
De koningslang Sommige ringslangen hebben een echt gouden kroon op den kop, en daarom noemt men ze koningslangen. Nu was er eens een arme boer, die had te werken van den vroegen ochtend tot den late avond, maar hij was gelukkig. Eens echter zag hij den heer van het land uitrijden in een prachtige koets. De palfreniers zaten op den bok, en de vrouw van den...
nl.verhalenbank.42191
De twee bultenaren. Op een lange brug liepen eens twee bultenaren vlak achter elkaar, en er was geen mensch anders te bekennen. de eerste had een bult op borst en rug, de tweede op rug en borst; de eerste was een ernstige bochel, en de tweede een grappige. nauwelijks hadden ze een paar passen gedaan, of de tweede bochel begon te zingen: 't is een bult...
nl.verhalenbank.42189
De witte wiven van den Langenbelt. Hoe leeren ze elkander toch kennen, de jonge menschen, dat het slot wel moet wezen : de bruiloft? Vaders en moeder hebben diepe rimpelen in het voorhoofd, ze zetten kleine oogen van zorg, en hun wijs- vingers dreigen zwijgend. Maar onbekommerd is de jeugd, leve de jeugd! Roelof en Aaltjen waren tezaam naar school gegaan,...
nl.verhalenbank.42094
God’s weer, goed weer. Een keurig mannetje, hoewel hij niet getrouwd was. Nooit brandde hem ’t eten aan. Als hij in een winkel van Venloo kocht, behoefde hij heelemaal niet dadelijk te betalen, want men kende hem al. Men begreep wel, dat hij soliede was. Ge weet het, dat ge, als je zoo’n keurig mannetje ontmoet, dadelijk over het weer begint te praten. Ge...
nl.verhalenbank.42093
De Duivelsgracht van Gorinchem. Het is lang geleden, zoo lang, dat niemand meer weet wanneer. Er woonde toen in de stad Gorinchem een baron, statig van wezen, die een vrouw had en drie jongens. Zij leefden gelukkig en hun gedachten waren een voorbeeld voor hen, die het goede willen. De oudste der knapen was nog geen man na zijn moeder’s dood. Want zij...
nl.verhalenbank.42086
De begrafenis in den nacht. Er moet in Opende een herbergier hebben gewoond, die de gave van den voorloop bezat. Maar hij wist dit niet, want geen mensch had hem ooit verteld, dat hij met den helm was geboren. Ja, niemand scheen het te weten: de moeder, de tantes, de baker, die in zulke gevallen de wonderlijke tijding wel ver in de rondte zaaien, zwegen....
nl.verhalenbank.42083
Het naderend onheil Boer! Boer! Boer! er is een andere macht dan die van het goud. Boer! Boer! Boer! zonde is niet als ze wenkt, met zonneblinkend gelaat, met vlekke- loos gewaad, maar denkt aan uw zielehiel! " Zóó klonk de stem in de lucht. De boer van Muntjezijl wilde niet luisteren. Sinds hij getrouwd was, dacht hij de kousen vol met goud, die de...
nl.verhalenbank.42080
De plaatsmajoor van Nijmegen. Evenals in bergen-op zoom, heeft er ook in Nijmegen een plaatsmajoor gespookt, van wien men vertelt, dat hij tijdens zijn leven nooit tevreden over zijn manschap was. Geen een kon het hem ook naar den zin maken, zelfs niet de grootste dienstkloppers. Er heeft nooit een Nederlandsch officier geleefd, die mee- doogenloozer en...
nl.verhalenbank.42066
De Mepsge van Faan. De heer de Mepsge van Faan verborg in zijn jongelingstijd zijn wreeden aard. Toen hij nog als kind met kinderen speelde, leek het, of hij een weekelijke ziel bezat; al te makkelijk sprongen hem de tranen uit de oogen, en wanneer zijn vriendjes een onbarmhartig spel bedreven met kikvorsch, meikever, vlinder, of vogel, zag hij wel toe,...
nl.verhalenbank.42028
De dood van Philips den Tweede. Philips de tweede, koning van Spanje en van de Nederlanden, zat in de eenzaamheid van zijn kamer, en zijn bleeke vingers streken hem langs het voor- hoofd, zonder dat hij zich van bewust werd. Eensklaps stond hij op en hij liep heen en weer. „Heilige Moeder Gods!" zoo fluisterde hij, „ik vol- voerde dit alles te Uwer eer....
nl.verhalenbank.42021
Het paard van Leiden. Toen de Meimaand van het jaar vijftienhonderd vier en zeventig Valdez het beleg sloeg voor de stad leiden — ten tweeden male, maar de burgers hadden niet geluisterd naar den raad van den Prins, om leeftocht te zamelen. —zag men de schaduw van den honger aan de lucht, en men ontzette zich. „Houd het drie maanden uit", zoo schreef de...
nl.verhalenbank.42014
Het Bokkebloed. Daar is geen Nederlandsche schooljongen, of hij weet, dat den 1sten April van het jaar 1572 de wreede hertog van Alva zijn bril heeft verloren. Het waren maar vier en twintig kleine scheepjes, die uit- voeren van de stad Dover, en het aantal koppen, dat zij droegen, kon hoogstens op vierhonderd worden geschat. Aan deze vierhonderd man...
nl.verhalenbank.42006
De lindeboom te Zutphen. In het jaar vijftien honderd twee en zeventig was de boom der Nederlandsche vrijheid al wel bijna geveld, en dat hij zich ooit weer zou richten, geleek een duivelsche voorspelling; slechts enkele steden in Holland bleven den Prince trouw, en onder de vestingen, die 's Konings troepen niet dan met bedreiging binnen lieten, behoorde...
nl.verhalenbank.41999
Het eenvoudige meisje van Hunsingoo Het wapen van Hunsingoo stelt voor en jong ridder en een jong meisje beiden gezeten op één bruin paard; achter hen straalt een ster, niet vóór hen; en als ge in de Marne komt, kan men u eenzelfde beeld toonen. Wie zijn de jong ridder en het jong meisje, dat een wapen gaf aan Hunsingoo en de Marne? In de streek Hunsingoo...
nl.verhalenbank.41997
De Engelsche Koningsdochter Omstreeks het jaar 850 na Christus heerschte er over het land van Heusden de heer Robert, gehuwd met Ida, de dochter van den Cuykschen graaf. Zij hadden een zoon Boudewijn, een jonge, moedige knaap: maar toen het noodlot kwam over zijn vader's rijk, de roovende Denen en Noren, was hij niet oud genoeg, om hen te keeren. De heer...
nl.verhalenbank.41799
Van eenen koster en eene kosterin Twee Sint-Bernards-kloosters waren er, niet verre van elkander, 't een was van mannen en 't andere van vrouwen. Allen in de kloosters leefden heilig in een heilig leven naar den regel der orde, en in elk der kloosters was een persoon, koster in het convent. Beiden waren ze vroom en van een geestelijk leven, ze hadden...
nl.verhalenbank.41794
35