Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Show More Place of Narration
Narrator Gender
close
16 results
Organizations: Meertens Institute Dutch Keywords: spookdier
Spookdieren In mijn kinderjaren hoorde ik vaak verhalen over de "weerwolf". Liep men 's avonds in het donker op eenzaam terrein dan was de kans groot dat er een weerwolf op je rug sprong. Hij klemde zich aan je rug vast , je kon je er niet van bevrijden wat je ook deed. De weerwolf bleef je een eindweegs vergezellen en verliet je pas weer nadat hij een...
nl.verhalenbank.13450
De Weerwolf Dit was een mens, die zich in een wolf kon veranderen, of liever, het gebeurde op bepaalde momenten tegen wil en dank. Bijvoorbeeld, een jongeman wandelde 's avonds eens met z'n meisje. Opeens zegt hij: "Ik moet even weg. Als je iets vreemds tegenkomt, gooi dan je zakdoek maar weg." Even later ziet ze een weerwolf op de weg en ze doet wat haar...
nl.verhalenbank.13429
Weerwolven: Mannen, die wat laat op de baan waren, werden, vooral in donkere, stormachtige nachten soms besprongen door de weerwolf. Dit spookdier met gloeiende ogen sprong hen op de rug, en klemde zich met de voorpoten om hun nek. Ze bleven zich als een zware last aan de verschrikte man klemmen totdat hij ergens een huis bereikte. In de Broekbeemd,...
nl.verhalenbank.57969
Je vreet as een weerwolf, zeje ze vroeger.
nl.verhalenbank.70530
Als de boel in de war zit met 't haar, dan spreke ze van de weerwolf.
nl.verhalenbank.70484
In de weerwolf werd hierheen vroeger ok geloofd. Dat was een soort spookdier. Maar een verhaal d'r van weet ik niet meer.
nl.verhalenbank.72589
En als je nou vroeger een jongen had, die ondeugend was: "Ik zal je bij de weerwolf zetten" .
nl.verhalenbank.127792
Van een weerwolf heb ik nooit horen vertellen. Ik denk niet dat dat in Zeeuws-Vlaanderen werd verteld. Maar wel de Bonte Hond. Daar is in Hulst nog een straat naar genoemd. Dat was een grote gevlekte hond met vurige ogen, die zich ophield in de buurt waar nu de Bonte Hondstraat is. Daar vertoonde hij zich. Hij liep stil naast sommige mensen, zonder...
nl.verhalenbank.127683
Ik weet wel, er was een hele ouwe man, die was bang, dat er iets in de familie zou gebeuren. Hij had een weerwolf gezien in de vorm van een hond. Die keek je voortdurend aan. Hij bleef maar steeds bij hem in de buurt. Hij volgde hem over de akkers.
nl.verhalenbank.127686
Als je iemand had met zo'n spleet in z'n haar dat was dan een weerwolf.
nl.verhalenbank.70537
[Weerwolf:] Die mensen hadden een ruige huid om. 's Nachts om twaalf uur trokken ze een huid aan en dan liepen ze op vier poten. Ze deden de mensen niks, ze sjokten mee.
nl.verhalenbank.127817
Ik heb is een zomer an 't hooie geweest met een boeredaggelder en die vertelde me, z'n vader hè, die heette Piet de Rottekeutel, tenminste zo werd ie genoemd en die was de weerwolf wel is tegegekomme. Dat was een grote zwarte hond. Dat beurde halverwege de Eiterse Steeg. Die grote zwarte hond sprong uit de linkse sloot passeerde voor 'm en dook toen weer...
nl.verhalenbank.70651
Ongeveer 1870 vertelde men mij het volgende: Een blinde man, welke woonde op den weg naar Vreeswijk (dus aan de Vaartsche Rijn) had de gewoonte 's avonds laat een wandeling te maken met een buurman, die hem dan begeleidde. Eens, tegen middernacht, bij een wandeling dicht bij den zogenaamde Liesbosch (tusschen Utrecht en Jutphaas) liet de geleider den...
nl.verhalenbank.13493
Op 'e Boelensloane rint in pleachbeest skean oer it lân hinne, it sjocht der út as in dikke swarte houn mei hiele greate egen en earen. In keppel fammen fan Boelensloane roan us yn 'e rige it paedtsje del dat likernôch by it Blauhûs bigjint en sa de kant út giet nei 't Fean ta. Doe seagen se de wjerwolf. Hy roan flak by har lâns.
nl.verhalenbank.25178
De ouwe Henk van Zoele hier uit IJsselstein, het Koninkie, zoas die werd genoemd, die heb me wel is verteld, dat ie de mense heb hore zegge datte ze de weerwolf hadde gezien. Dat was in de griende in Kapel[1]. Daar had ie vroeger gewoond. [1] Lopikerkapel
nl.verhalenbank.70655
Ik kwam soaves es ’n keer Jans, de möldersknecht van Hoogveld, tège. Achter ’m liep ’n lillek dier. ’t Leek ’n werwolf. Hé’j had grote klauwe en gloeiende oge. Ik zèj: “Wa hè gé’j dor toch bé’j ou, Jans?” Hé’j zej:“Ik heb niks bé’j mien”. En toe was er ok niks mer. Da gebeurde op ten hoek bé’j de meule. De minse zèje, dat ’t dor altied spokte.
nl.verhalenbank.49723
20