Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Show More Place of Narration
Narrator Gender
close
48 datasets found
Dutch Keywords: rijden heks
Myn swager syn heit is nou sahwat in fjirtich jier dea. Hy fortelde, hy hie us op in nacht om in ûre of alve ûnderweis west mei de wein. Hy ried op Grinzer Pein yn, dêr't er wenne. Hy wie op 'e Noardwikumerheide, yn 'e buert fan Noardwyk en Mearum. Dêr hearde er hwat sûzjen. Hy draeide him om op 'e wein en hy seach achter him. Mar der wie neat to sjen....
nl.verhalenbank.25552
In Flieren kwame vroeger de heksen snachs wel ré’je op te pèrd. En zo hard en zo lang, dat de pèrd doodmuij ware, vol schuum en nat as woater. Ze ware helemol afgereje, zoda ze overdag nie of hos nie mer kosse werke. Op ’n keer sproke de Flierense boere af, da ze snachs de wach zoue houe. Om twoalf uur hörde ze opens ’n gezoef dur de loch en dor kwame ze...
nl.verhalenbank.49648
Ik: "Ja, ja, er is zoo nogal wat: kollen, zwarte kunst, nachtmerrie." "Maar met uwes welnemen: nachtmerrie is een man. Dat hebben we ook bij ondervinding. Bij de vader van de ouwe Jaappie Postman was een paard, dat van de nachtmerrie gereden werd. Het zweette, zijn manen waren gestrengeld, en het was 's morgens doodloof. Toe heb Jaap met zijn knecht 's...
nl.verhalenbank.9313
Die zelfde man vertelde mij, hoe men te weten is gekomen, dat N.N. een kol was. Toen ze alle nachten op de paarden van C.H. reed, die op de nu gesloopte oude boerenplaats gewoond heeft, gingen wij op een goeden keer onder het weivat zitten met een kaars bij ons. Toen we hoorden, dat de kol goed aan den gang was, gaven we een trap tegen het weivat; toen...
nl.verhalenbank.9461
Muoike hat wolris forteld, sy útfanhûze froeger by har omke. Dy hie in keppel hynders, dy wienen yn 'e nacht alhielendal oerstjûr. Dêr kom dan yn 'e nacht in tsjoenster by, dy't op dy hynders omried. Dy tsjoenster kom troch 't kaeisgat.
nl.verhalenbank.28275
En dat heb ik ok wel is gehoord, dat er boere op de weg ware met paard en wage. De toverheks stin inde deur en die liet ze in 't water rije, in de sloot naast de toverheks.
nl.verhalenbank.126402
5.3. Heks betrapt 't Hee vruger wel is gewist: da was ne zekeren Dietvors. Dien is meer as honderd jaar dood. Da was nen boer. Nauw komt 's morgens de knecht in de stal. Hij zegt: 'Boer, wie heet er met da peerd weggewist?' Da was helemaal nat van 't zweten: 't water sting op den buik. 'Geen mens!' zeg den boer. 'Kijk is hier: 't schuim staat er op'. Nauw...
nl.verhalenbank.44346
Vr.: Van nen boer, den har twee knechtn had, nen grootn en nen kleenn dat hadn ze ja vroger. No möt n boer t weark doon en mot ok oetprakkezeern no mö’j bear deel tegeliek, mer dat hoovn ie vroger nich. En dee grote knecht har ’s morgns nooit oet t ber köant, zoa lui as n beest, wat har dee klene knecht zegd, “God, wat zin ie toch nen döl” “Ja, ie könt...
nl.verhalenbank.128570
Oude heksen verplaatsten zich bij voorkeur op een bezemsteel door de lucht, doch meer moderne jonge heksen reden bij voorkeur op een houten zeefrand! Jonge heksen zochten graag de knechts op in hun slaapkamer. Ze kwamen binnen door het sleutelgat! (Waar was een kamerdeur met een sleutelgat?). Als de heks zich verwondde aan een in het sleutelgat gespannen...
nl.verhalenbank.69429
Je had bij ons* een vrouwgie en die kon dat ok. Dat was J. B. Ze woonde in een ouwe boerderij an de stoep bij de Middelweg. Ik weet nog goed, wij reje met de hooiwage en dan wier d'r verteld, ze liet je van de stoep afrije en een eindje verder kwam ie d'r gewoon weer tegenop.
nl.verhalenbank.70322
Myn omke - Thys-om - is al lang dea. Mar hy hat in bern hawn, dat wie bitsjoend. Doe gong Thys-om nei in duvelbander yn 'e Rottefalle om guod. Dy duvelbander sei: "Hjir is in drankje. Mar tink der goed om, ûnderweis kin der wolris hwat wêze, dat dat drankje kapotmeitsje wol." Thys-om wie oer iis, hy hie de redens ûnder boun. Doe't er werom kom fleach der...
nl.verhalenbank.25901
Vastzetten van mens en dier In Hoogeloon woonde ook een heks. En ook daar kon men niet met paard en wagen voorbijkomen zonder eerst even halt te houden. Het was geen herberg, maar men moest er wel vijf cent betalen. Dan kon de wagen weer verderrijden.
nl.verhalenbank.49561
Naast ons op de Panoven daar woonde een heks. Mijntje Hol heette ze van d'r eige maar ze noemde ze de Kippetrim. Dat was een heks want verscheie paard en wages reje daar van de weg af.
nl.verhalenbank.70644
Dat was zo iets, nouja, de toverheks, die op de bezem rijdt. 's Nachts werd d'r iemand wakker, hij hoorde de nachtmerrie op z'n ledikant zuchte.
nl.verhalenbank.72889
Gais op 'e tsjille Om achttjinhûndert tachtich hinne tsjinne in boeresoan út Molkwar as bakkersfeint te Wâldsein. Sneontejûns let kaam er geandefoet thús. Op in kear wie er hielendal op ien ein. Hy hie de tiisdeis mei de baas nei Snits west en dêr in filesepee sjoen, sa'n ding mei ien grut en ien Iyts tsjil. Hy hie der ek op sitten. It wie in merakel, sei...
nl.verhalenbank.12991
Ze kon ook de kar in de sloot laten rijden. Als ze niet naar binnen ging, dan ging de hooiwagen de sloot in.
nl.verhalenbank.127779
Hoe men heksen kon ontdekken In Oerle, om precies te zijn tussen Halve Miel en Tootenfaut, was het dikwijls niet erg pluis. Want daar was een heksenkring midden op een weide, waar de heksen veelvuldig samenkwamen om te beraadslagen wat ze nu weer eens voor kwaad zouden doen. Ze kwamen zelfs zo vaak bij elkaar, dat er wel eens een heks ontmaskerd werd. Zo...
nl.verhalenbank.49541
Dat heb ik wel eens horen vertellen. Je hebt in Varik een stoep, zo noemen ze hier een oprit tegen de dijk. Daar kwam iemand met paard en wagen de stoep oprijden. Maar boven aan de stoep stond een vrouw, die bekend stond als toverheks. En die vrouw toverde het hele spul zo weer van de stoep naar binnen.
nl.verhalenbank.127574
In Haaren gingen ze altijd naar Oisterwijk en dan gingen ze met de kar gingen ze aardappelen wegbrengen. En toen waren ze zowat halverwege de weg, de weg die was toen vruuger nog niet net’s nou, dat was eenmaal een karreweg za’k maar zeggen van ’t zand allemaal. War niet net as eh, nog niet geen stenen. En toen waren ze halfweg en toen, toen konden ze...
nl.verhalenbank.69679
De dochter van zo'n vrouw heb ik ook nog gekend, maar die dochter was aloud, toen ik nog jongs was. En die vrouw kon paard en wagens van de dijk laten rijden.
nl.verhalenbank.127759
35