Organizations
Keywords

There are no Keywords that match this search

Danish Keywords

There are no Danish Keywords that match this search

Dutch Keywords
Show More Dutch Keywords
German Keywords

There are no German Keywords that match this search

Place Mentioned

There are no Place Mentioned that match this search

Place of Narration
Narrator Gender
close
5 results
Dutch Keywords: duivel hekserij
Verlydt van Cathelynken onbert bij Brugge wede, wijlen Boudin Bernaart in zijn levene Draadtwerkere, Prochiaet in Westcappelle, gedaen bij heuren vrijen wel wetende wille den 9 en jann: en anderwerf den 17e daar aane dit jaar 1541. De voorn: Cathalina onbaart bekend en verklaart hoe dat zij voortijds een tijd van Jaren geleeden bij den gerechte van 't...
nl.verhalenbank.48812
Hja fortelde, der wie in tsjoenster, dy hie har it tsjoenen leare sild. Doe sei dy tsjoenster tsjin har: "Dû mast my dit neisizze: - Hier zitten we onder de weilge (= wylch), vervloekende God met al zijn heilge. -" Mar Antsje hie sein: - Hier zitten we onder de weilge vervloekende de duivel mei syn hiele oanhang - Doe hie se 't tsjoenen net leare kind.
nl.verhalenbank.20541
De heks van Stabroek Een grote veekweker uit Stabroek in de polder had ongeluk met zijn koeien. De veearts erbij halen was te duur. Die kon trouwens toch niks beginnen tegen hekserij, want het was hekserij. Hij had nog nooit 'de ziekte' in zijn stallen gehad. Het was allemaal begonnen, toen Trezeke bij hem melk kwam halen. Trezeke was een oud, krom...
nl.verhalenbank.19292
No. 172. In 1595 woedde de heksenziekte in Mierloo. Het begon met de maerte van den pastoor, die den heer van het dorp had betooverd, door hem peren te geven, en een kind ziek had gemaakt, door het te liefkozen. De ongelukkige bekende. - Vijf en twintig jaar geleden had zij een leugen bevestigd met de woorden "dat zij den duivel lijf een ziel overgaf";...
nl.verhalenbank.46923
Us beppe (in Grinslânse) fortelde: Op it Westersân by Oldekerk yn Grinslân wennen trije âldfammen. Dat wienen tsjoensters. Sy woenen alle trije wol graech in man ha, mar sy krigen noait oansyk. Dat kaem omdat se de frije kúnst útoefenen. Der wienen trije gereformearde âlderlingen, dy woenen wolris wite, hoefolle dêr fan oan wie; fan dy duvelskunsten. Dy...
nl.verhalenbank.19700
5